De uitrol van tankstations neemt in een aantal markten een vlucht, waardoor de vooruitzichten voor een brede acceptatie door gebruikers van brandstofcelvoertuigen (FPV's) toenemen.

Zuid-Korea, Oostenrijk en Denemarken zijn de eerste landen die genoeg waterstofstations installeren zodat FCV's door het land kunnen rijden. Dankzij de waterstofstations in Californië kunnen FCV's door de staat circuleren en een netwerk van waterstoftankstations gebruiken.

In Europa heeft Duitsland meegewerkt aan de bouw van waterstofstations. Daarnaast kennen Frankrijk en Nederland een snelle toename van het aantal stations.

In de Verenigde Staten wil Californië de iet van waterstofstations uitbreiden en in het noordoosten ontstaat in hoog tempo een netwerk van waterstofstations. In het middenwesten neemt het aantal stations in Ohio toe.

Naarmate waterstof-brandstofcelbussen en -vrachtwagens populairder worden in de markt, komen er waterstofstations voor zwaar transport. In de komende jaren zullen waterstofbrandstofcellen worden gebruikt om treinen, vliegtuigen en schepen aan te drijven, wat de groei van het aantal waterstoftankstations zal stimuleren.

Er worden verbazingwekkende bedragen gestoken in de bouw van waterstofstations, meestal via publiek-private samenwerkingen. De iet van stations is een goede voorwaarde voor de verspreiding van waterstof-brandstofcelvoertuigen, waaronder auto's, bussen en vrachtwagens. Tegen 2035 zal het grootste deel van de Verenigde Staten, West-Europa, China, Japan en Zuid-Korea voorzien zijn van waterstofstations.

Tegen 2035 zal de distributie van waterstofstations gelijkmatiger zijn, maar Azië-Pacific zal nog steeds de markt leiden, gevolgd door Europa.